B is van iedereen
Beangstigend, vond ik het. Van de woordkeuze in BDW’s overwinningsspeech – ‘volkspartij’, ‘den oorlog’, ‘zwart-gele zondag’– tot de met security omgeven triomfmars op het stadhuis en de intrede van de nieuwe keizer op het balkon, victoriegebaar inbegrepen. Beangstigend, maar te voorzien. Want één ding moet je BDW nageven. Hij is veruit de beste politicus van zijn generatie.
Maar de Gele Golf is ook ten dele een geslaagde media-hype. Voor-, tijdens en na de verkiezingen bepaalde BDW de inhoud van het debat. Helaas holt de verzamelde pers ook nu weer het nationale discours van BDW achterna. Wedstrijdjournalistiek heeft de N-VA helpen winnen, kijkcijferpolitiek stuwt BDW nu naar 2014. Desnoods ten koste van België.
Wij/zij
Je moet het maar doen, uit extreem-individualistisch donkerblauw gedachtengoed – uit ikke, ikke, ikke dus – een collectieve identiteit creëren die sterk genoeg is om er de verkiezingen mee te winnen. Zonder een brede basis van bekwame lokale politici, zonder concreet programma, alleen maar op basis van een personencultus en een groepsgevoel dat gebaseerd is op 1 simpele truc: wij-zij denken.
Natuurlijk zit de tijdsgeest mee. Want, om met Musil te spreken, ‘buitengewoon veel mensen voelen zich tegenwoordig betreurenswaardig genoeg tegenover buitengewoon veel andere mensen staan.’ Door vaak genoeg de schuld bij die (overigens wisselende) ander te leggen, en dus een afgelijnde ‘zij’ te creëren, is de N-VA erin geslaagd door eenvoudige extrapolatie ook een ‘wij’-gevoel te scheppen. Het verstofte etiket Vlaanderen bleek de ideale noemer om de algemene onvrede in te vatten, al had dat voor die kiezer ook ‘Anti’ of ‘Anders’ kunnen zijn. Daarna was het zaak die Vlaamse identiteit als begrip te consolideren, voor de kiezer die zich er achter schaarde, voornamelijk uit ongenoegen over een breed palet van ‘anderen’, onopgeloste samenlevingsproblemen en zaken waar hij tegen was, zich ging afvragen waar hij nu eigenlijk vóór was. Want het separatisme waar die wij-stemmen voor moeten gaan dienen, wordt helemaal niet zo breed gedragen als die ‘wij’/‘anti’-identiteit.
De Slag om Antwerpen
Maar dat kleine probleem wordt ruimschoots overschaduwd door de personencultus die intussen is gelanceerd. De vuist, de aanhoudende ‘nee’ die altijd luider klinkt dan een genuanceerde ‘ja, maar.’ Een politieke stijl die perfect toegesneden is op de mediacultuur van onze tijd; in een tijd waarin bekende koppen veel meer lezers trekken dan inhoudelijke analyses is een figuur als BDW sowieso een godsgeschenk. Net zoals zijn Slag-om-Antwerpen-discours. Want zo’n politieke polarisatie maakt de berichtgeving over zoiets versnipperds als gemeenteraadsverkiezingen meteen een pak overzichtelijker. Geen gezeur over technische dossiers, maar duidelijke tegenstellingen: De Wever versus Di Rupo. De Wever versus Janssens. Winnaars versus verliezers.
In Antwerpen speelden maar twee partijen mee in het debat, de rest was decor. Een insteek die nu gereflecteerd wordt in de uitslagen. Want deze wedstrijdjournalistiek (geen programma’s, enkel winnaars en verliezers, Vlaanderen samentrekken tot 1 stad) zorgt ook gepolariseerd stemgedrag. Alleen moeten, alle polarisatie ten spijt, BDW en Janssens straks samen wel ‘A’ stad besturen, al probeert de N-VA dat duidelijk te vermijden door nu al richting Brussel te marcheren. Die gemengde achterban dan tevreden houden, zou wel eens lastiger kunnen zijn dan voorzien. Wat bijvoorbeeld met de gewonnen Vlaams Belangkiezers, die zich nu in de N-VA rangen bevinden? BDW probeerde hen alvast te paaien door luidop te zeggen dat hij hen geen lepralijders vindt, om vervolgens de VB-partijvoorzitter als totaal te negeren uitschot te behandelen en zichzelf als afstopper van radicaal-rechts naar voor te schuiven. De PVDA te feliciteren en Janssens uitgebreid te (p)aaien. Want dat is politiek, alle wedstrijdjournalistiek ten spijt. Maar of de kiezer dat zo leuk vindt… dat valt nog te bezien. Als we tenminste de kans krijgen om de lokale gevolgen van deze verkiezingen lokaal te volgen.
Gele Golf
Door in het toekennen van een nationale symboolwaarde aan de Antwerpse verkiezingen het discours dat BDW voor hen had bedacht, is de pers mee verantwoordelijk voor de gele golf die gisteren Vlaanderen overspoelde. Toegegeven, door aan één stad een symboolwaarde voor heel Vlaanderen toe te kennen, vereenvoudig je de verslaggeving enorm. Niet langer al die vervelende kleine namen en kleine lijstjes, maar een groot debat, met grote kopstukken. Recht in de kaarten van BDW, want in tientallen andere steden heeft de N-VA eigenlijk niets te melden en van de meeste lokale kopstukken had nog nooit iemand gehoord. Maar door de Voorzitter zelf aan het woord te laten, en het nooit over Antwerpen maar altijd over algemene thema’s te hebben, straalde zijn aura vanzelf af op al die totaal onbekende N-VA-ers in al die kleine gemeenten. Bovendien kon hij zo moeiteloos de gemeenteraadsverkiezingen omzetten in nationale thema’s, wat van meet af aan de bedoeling was. Als een volleerd schaker bepaalde De Wever voor, tijdens en na de gemeenteraadsverkiezingen de richting van het debat. De pers volgde.
En nog is het niet genoeg. Ook nu weer holt de hele mediameute het nationale discours van BDW achterna. De uitslagen waren nog niet volledig, of we zaten al te kijken naar een vooruitgeschoven partijvoorzittersdebat over nationale politiek, dat eigenlijk in 2014 thuishoort. Niemand die BDW op de vingers tikte, en hem erop wees dat het vandaag eigenlijk gemeenteraadsverkiezingen waren. Journalisten die zich daaraan bezondigen, of vragen naar zijn concrete beleidsplannen, zoals Stijn Tormans onlangs, zijn slechte journalisten. En daar houdt de Voorzitter niet van. En stel je voor dat BDW enkel nog in de krant of bij de zender van de concurrentie verschijnt… Zo’n populair politicus verliezen, dat kost kijkcijfers. Zo’n grote figuur groot brengen, levert kijkers en lezers op. Dus schrijven we ons collectief in in zijn discours. Wedstrijdjournalistiek heeft de N-VA helpen winnen, kijkcijferpolitiek stuwt BDW nu naar 2014. Desnoods ten koste van de splitsing van België. Dat zou nog eens wat zijn, daar zit pas televisie in.
‘Residueel’ België
Overigens was die splitsing in de media gisteren al een feit. Niet alleen in de aanloop naar de verkiezingen, maar ook in de verslaggeving op de stembusdag zelf leek Wallonië niet te bestaan. Tot BDW zijn overwinning omzette in een rechtstreekse federale aanval op Di Rupo. Meteen werd de vraag naar nationale conclusies naar Bergen overgebracht. Gelukkig kennen ze daar wel het verschil tussen nationale en gemeenteraadsverkiezingen en stuurde Elio de hitsige reporter terug naar af. Zonder aan zijn eigen absolute meerderheid nationale gevolgtrekkingen te koppelen.
Maar de dreiging is reëel. Als het tij niet keert, in de pers en in het buikgevoel van de kiezer, is een splitsing niet langer ondenkbaar. Als BDW het land al niet eerder meesleurt in een ‘democratische revolte’, een verdekte burgeroorlog dus. En daarna?
Daarna komt de kiezer bedrogen uit. Al zal het nog even duren voor hij dat beseft. Want de uiteindelijke afsplitsing van Vlaanderen zal ervoor zorgen dat de feitelijk lege Vlaamse identiteit een concrete invulling krijgt, of lijkt te krijgen. De dag dat de Vlaamse identiteitskaarten worden uitgereikt, en het begrip Vlaanderen een nationaliteit wordt. De Vlaamse kiezer zal daar het tevreden gevoel aan overhouden dat hij wel degelijk waar gekregen heeft voor zijn geld. Dat de scheiding tussen wij en zij nu duidelijk is. Om daarna pas te beseffen dat die identiteit een lidkaart is van een land dat als slogan ‘ieder voor zich’ hanteert, en dat die collectieve wij-identiteit eigenlijk totaal waardeloos is.
Nee, de enige echte troost gisteren kwam van Francis Delpérée, die alvast liet weten dat aan de andere kant van de taalgrens ook na de afsplitsing van Vlaanderen België blijft bestaan. Solidariteit, verzorgingsstaat en ziekteverzekering inbegrepen, neem ik aan. Want de B, die is wel van iedereen.
#VK2012 #barslechtejournalistiek
Een goed stuk over het verschijnsel wedstrijdjournalistiek (in Nederland) vind je hier.