leerlingen bedreigen nieuwkomers #knack
10/12/2018, Knack – Utoya, de film over het bloedbad dat de rechtse extremist Anders Breivik in 2011 aanrichtte op het gelijknamige eiland in Noorwegen, is een beangstigende en indrukwekkende trip: anderhalf uur lang zit je als kijker als een rat in de val, en probeer je samen met de jongeren tevergeefs te ontsnappen aan de moordenaar die ergens net buiten je blikveld rond raast. Zo mogelijk nog verontrustender is de boodschap waarmee regisseur Erik Poppe de film afsluit: dergelijke sympathieën winnen aan kracht. Lees: dit kan en zal opnieuw gebeuren.
Vanochtend las ik in de krant dat een groep zeventien en achttienjarigen in een Brugse school in een gesloten Facebookgroep een aanslag op een Okan-klas had aangekondigd. Ze poseerden met geweren, spraken over het oprichten van een Adelaarspartij, noemden zich een Rechtse Alliantie, dweepten met fascisme en poseerden met oorlogswapens. In de Facebookgroep circuleerden racistische ideeën over immigratie en etnic cleansing die vergelijkbaar zijn met het gedachtengoed van het nazisme of de Balkanoorlog: er werd gesproken over kweken als konijnen en uitroeien. Bij een huiszoeking trof de politie effectief wapens aan, maar die bleken vergund te zijn, en dus werden er geen inbreuken op de wapenwet vastgesteld. Niemand werd gearresteerd of voor de jeugdrechter geleid, de school heeft de leerlingen voorlopig geschorst en beraadt zich over de sancties, maar door de publieke opinie wordt de zaak afgedaan als stoerdoenerij van jongeren met een spijtige overtuiging.
Zullen we even, voor de gedachtenoefening, de situatie omkeren? Wat als een klas vol moslimjongens in een soortgelijke Facebook-groep zou oproepen tot jihad tegen hun witte schoolmakkers? De ordediensten zouden eerst binnenvallen en dan vragen stellen, de helft zou omkomen bij arrestatie, de anderen zouden kunnen rekenen op een langdurig verblijf in een beveiligde vleugel voor geradicaliseerde moslims, de lokale imam zou worden verantwoordelijk gesteld en indien mogelijk uitgezet als haatprediker en de kranten zouden spreken van een verijdelde terreuraanslag, waar de politiek vervolgens stevig garen bij zou spinnen. Analisten en experts zouden over elkaar heen vallen om een verantwoordelijke aan te wijzen, en algauw zou de hele islam verdacht zijn.
Nu: niets van dat alles. Nochtans halen ook deze jongeren halen hun “kwalijke” ideeën ergens vandaan. De slogans over migratie waar hun ideeën op steunen zijn afgelopen week door een regeringspartij als “laagdrempelige campagne” over het hele land verspreid, en herhaald in alle kranten en op alle televisiezenders; er is nauwelijks verschil tussen hun taalgebruik en dat van de ex-Staatssecretaris voor Asiel en Migratie, die het ook graag “scherp stelt”. Wijst iemand de partijen Vlaams Belang en N-VA op hun ideologische verantwoordelijkheid? Zijn zij niet evenzeer haatpredikers, die jongeren besmetten met gevaarlijke denkbeelden? Waarom mogen hun ideeën niet gevaarlijk of ondemocratisch genoemd worden, terwijl een hele religie wel als extremistisch mag worden afgeschilderd? Waarom vergoelijken we systematisch radicalisering van rechts, terwijl we moslimjongeren snoeihard aanpakken? En moeten deze jongeren geen cursus democratisch burgerschap volgen, niet geresocialiseerd worden? Of is de ene radicalisering de andere niet?
77 dodelijke slachtoffers maakte Breivik uiteindelijk, waarvan 69 op Utoya: de meerderheid waren tieners, de jongsten waren veertien. Tientallen anderen raakten zwaargewond, honderden bleven getraumatiseerd achter. Een aantal van de overlevenden getuigden later over de aanslag in een documentaire. In een van die getuigenissen resoneert de slotbedenking van de film: “Ik ben ervan overtuigd dat dit opnieuw zal gebeuren, ja. Omdat we het niet ernstig nemen. Dat maakt mij verschrikkelijk bang.”