Floortje Zwigtman schrijft Emily Bronte #Briefgeheim #DSLetteren
DSLetteren, 10/07/2015 –
Beste Emily Brontë,
Ik was nog maar een tiener toen ik je leerde kennen. We moesten boeken van een leeslijst lezen, en ik koos altijd 19e-eeuwse romans, want ook al waren die dik en moeilijk, ze hadden tenminste een verhaal. Zo kwam ik eerst bij je zus terecht, want Jane Eyre is echt iets voor pubermeisjes –zo’n romantisch en mysterieus verhaal. Later ontdekte ik dat er nog een Brontë-zus was, en begon vol verwachting aan jouw Wuthering Heights.
Eerlijk: de eerste tachtig pagina’s vond ik echt prut. Het leek in niets op Jane Eyre; het was, zoals je zus Charlotte wel eens zei, ‘zo onromantisch als een maandagmorgen.’ Een triest, kil verhaal in een rare, kale stijl. Maar ik wilde niet van nul af aan in een nieuw boek beginnen, dus las ik maar door. En plots raakte ik gegrepen door dat verhaal en die stijl waar ik eerst zoveel moeite mee had. Heathcliff en Cathy zijn twee gestoorde, asociale mensen, en toch kan je alleen maar van hen houden. Dat is echt verschrikkelijk knap, als je dat als schrijver voor elkaar krijgt. Je toont mensen zo compromisloos in hun kleine gemene valse realiteit, en je schrijft zo eerlijk over lelijke emoties; dat paste helemaal niet in die 19e eeuw. Het is een wonder dat je zo’n afwijkend boek kon schrijven, en het nog uitgegeven kreeg ook. Dat je volledig ontsnapte aan de conventies van je tijd, in je schrijven en in je leven, vond ik fascinerend. Wat voor een vrouw was jij, dat je dat voor elkaar kreeg?
Ik ben naar je op zoek gegaan, maar veel is er niet over je te vinden, behalve dan dat je een teruggetrokken leven leidde. Of misschien net daarom. Jij en je zussen groeiden op in jullie eigen besloten wereld, met veel ruimte voor fantasie. Je vader was een bijzondere man: hij praatte met jullie zoals met gelijkwaardigen. Daar had hij zijn eigen truc voor: hij gaf jullie maskers, zodat jullie niet als kind tegenover hem stonden en vrijuit konden spreken. Het maakte je onafhankelijk van de wereld, en dat ben je gebleven, altijd. Je was je eigen maatstaf en je voer je eigen koers, wat de anderen daar ook van dachten. Daardoor kon je dingen schrijven waar je tijdgenoten niet over schreven, op een heel eigen manier. Daar kunnen we vandaag nog wat van leren, van die koppige onafhankelijkheid van je. Natuurlijk betaal je daar een prijs voor. Bij jou was dat isolement. Zeg eens eerlijk: hoe erg vond je dat? Ik denk soms dat je helemaal niets of niemand miste, maar echt genoeg had aan jezelf. Soms vraag ik me af of dat in deze tijd nog zou kunnen, als auteur zo buiten de wereld staan. Er is nu wel meer vrijheid, maar ze wordt ook meer beknot door commercie. Ook in de boekenwereld moet winst gemaakt worden. Misschien moeten we maar eens af van de idee dat winst een natuurwet is; misschien is het zomaar een idee, zoals marxisme, of religie. Wat denk jij?
Maar eigenlijk schrijf ik je vooral om je te bedanken. Omdat jij me moeilijke boeken hebt leren lezen. Want het is met literatuur zoals met het leven: soms lees je een boek dat je op dat moment niet begrijpt, maar later wel zal begrijpen. Met het leven is dat net zo: dingen die ons vandaag niet duidelijk zijn, worden dat later vaak wel. Om dat denkproces aan te leren, is lezen zo belangrijk. Als we dat niet meer leren, en denken dat er voor alles simpele oplossingen zijn, worden we erg gefrustreerde mensen. Het leven is heel complex en laat zich niet laat vangen in quotes en hapklare uitlegjes; als dan blijkt dat die eenvoudige leefregels van religie en politiek niet toepasbaar zijn op de werkelijkheid, wekt dat heel veel agressie op. Want het geduld en de bescheidenheid en de wil om je te verdiepen in de complexiteit van de wereld ontbreekt; die wordt ons niet meer aangeleerd. Ik denk dat literatuur dat wel kan doen. Boeken vragen geduld. Ze leren je je te verplaatsen in het hoofd van de ander, of te aanvaarden dat je pas later weet hoe iets afloopt. Ik heb dat van jou geleerd. Dank daarvoor.
Hartelijke groet,
Floortje