Ianka Fleerackers over De ballade van het trieste café van Carson McCullers
DSL – 02/12/2011 – Het Laatste Oordeel
‘Verpletterend mooi vind ik dit kleine boekje. Alleen al om de titel: De ballade van het trieste café. Dat zet meteen de toon. En dan die hoofdfiguur, die juffrouw Amelia. Ze heeft de blik naar binnen gekeerd – eigenlijk kijkt ze scheel – omdat ze zo teleurgesteld was in de liefde, dat ze haar ogen van de wereld heeft afgewend. Dat vind ik een prachtig beeld.’
‘Je leert Amelia alleen maar kennen door wat anderen van haar denken of over haar zeggen; zelf zegt ze heel weinig. Ze verafschuwt de wereld en de mensen van het dorp; ze gebruikt hen alleen om de whisky aan te verkopen die ze stiekem brouwt. Maar tegelijkertijd is ze een soort van wicca, een heks die mensen geneest, en daar wil ze dan geen geld voor. Heel dubbel allemaal.’
‘De dorpelingen weten niet goed wat ze van haar moeten denken, en dat weet je als lezer eigenlijk ook niet; ze is zeker geen sympathiek personage waar je je makkelijk mee kan identificeren. Ze is ook getrouwd geweest, tien dagen maar, met een man die haar slecht behandelde, een crimineel. Maar de manier waarop zij hem heeft afgestoten, is ook niet erg fair. Dat maakt het zo boeiend. Want misschien hebben we allemaal wel heel mooie en heel lelijke kanten.’
DWERG
‘Het verhaal speelt zich af in Southern America; ik beeld mij dan meteen heel veel stof, hitte, droogte en zand in. En in de verte een spookdorp. Zo beschrijft Carson McCullers het ook. Zelfs haar stijl heeft iets beschouwends, iets afstandelijks. Alsof je echt met camera’s zit te kijken hoe die mensen hun universum functioneert.’
‘Op een gegeven moment duikt er een dwerg op, neef Lymon, waarvan nooit helemaal duidelijk wordt of hij nu Amelia’s achterachterneef is, zoals hij beweert, of helemaal niet. In elk geval is hij een meesterlijk manipulator, en hij krijgt haar zover dat ze hem in huis neemt en daar een café begint, dat ze zich dus openstelt voor de wereld. Ze wordt zelfs bijna – voor zover ze dat kan – sociaal.’
‘Haar liefde voor hem gaat zelfs zo ver dat ze haar ex-man, waar die neef Lymon eigenlijk verliefd op is, weer tolereert in haar leven. Daardoor ontspint zich een rare relationele driehoek met een nefaste afloop. Er wordt een grens overschreden, waarna Amelia zich voorgoed van iedereen afwendt. En dus haar blik naar binnen keert.’
‘Southern Gothic noemen ze het, en het heeft ook iets creepy, iets beklemmends, iets engs. Het is het soort verhaal dat ik zelf ook graag zou schrijven, over dat soort beklemmende relaties. Hoe je iemand veel te graag kan zien, en wat voor macabere vormen dat kan aannemen. Liefde drijft mensen zelfs tot kannibalisme of moord, het maakt hen zo wanhopig dat ze hun kinderen doden om de aandacht van hun partner te trekken. Die destructieve uiting van die grote gevoelens, dat , fascineert mij enorm.’
‘Zelf ga ik er niet van uit dat relaties voor de eeuwigheid zijn. Ik kan dat wel hopen en willen, maar ik zie vriendschappen en relaties eerder als bogen, die in bepaalde periode samenvallen en dan weer uiteenlopen. Dus ik heb ook niet zoveel problemen met mensen loslaten als ze andere dingen willen gaan ontdekken; ik zie dat niet als een belediging voor mezelf, maar als iets natuurlijks.’
‘Daar gaan ook mijn kinderboeken over: Uil plus leeuwerik is een trilogie over vriendschap. Of liefde. Als een dagdier en een nachtdier samen willen zijn, hebben ze maar heel weinig tijd. Dan kan je alleen maar het beste maken van de moment die je samen hebt; het heeft geen zin jezelf te verloochenen om bij de ander te kunnen zijn. Een dagdier kan geen nachtdier worden.’
‘In het derde deel van de trilogie, Groot van liefde, hebben de zon en de maan daar wel een oplossing voor gevonden; de maan wil graag bewegen en de wereld zien, terwijl de zon vindt dat ze prima staat waar ze staat. Maar ze laat de maan haar vrijheid, en zegt: ik kom u wel tegen, van tijd tot tijd. En soms kussen ze, en krijg je een zonsverduistering. Maar door elkaar los te laten, geven ze elkaar meer dan door een klassiek model van samenzijn geforceerd te proberen waarmaken. Daar geloof ik zelf ook heel sterk in; we hangen teveel vast aan een vastgeroest model van wat relaties moeten zijn.’
EENZAAMHEID
‘Het boek opent met een heel beklijvend beeld: dat alleenstaande huis, half beschilderd, de ramen met latten afgeklopt. De eenzaamheid druipt van de hele setting af, van heel dat desolate landschap met dat dorp dat aan het uitsterven is. Je voelt meteen: dat is hier akelig, je hebt hier niks of niemand. Hier ben je alleen. Dat isolement, die eenzaamheid vind ik heel erg des mensen. Want hoe je je ook omringt, er zijn momenten dat je alleen bent, ondanks alle rijkdom en alle liefde van familie en vrienden.’
‘Op het einde van de rit zal ik alleen moeten sterven; wie er ook naast mij staat, dat zal ik alleen moeten doen. Niet dat ik zoveel bezig ben met de dood, maar wel met het feit dat het leven dat ik leid mijn leven is. En dat ik de enige ben die daar rekenschap voor moet afleggen en betekenis aan kan geven. Dat gevoel heb ik al van kindsbeen af. Dat ik de enige ben die iets kan veranderen in mijn leven.’
‘Op wat de anderen doen heb je geen invloed, je kan hen ook niet dwingen aan jou verantwoording af te leggen. Er zijn wel mensen die passeren, en je hebt je kinderen, die je zelf op de wereld hebt gezet, maar uiteindelijk, zonder egoïstisch te willen zijn, ben jij de enige die stappen zet in je leven. En zetten je geliefden en kinderen ook hun eigen stappen in hun leven. Dus hoe zwaar dat ook klinkt, ik vind eenzaamheid inherent aan het leven.’
LIJDENDE SCHRIJVER
‘Carson McCullers heeft ook echt een vreselijk getormenteerd leven gehad. Ze is twee keer getrouwd met een man die wou dat ze samen zelfmoord zouden plegen. Hij heeft het uiteindelijk ook gedaan, zij niet, maar zij is ontzettend veel ziek geweest en ook heel jong gestorven aan hersenbloeding.’
‘Op haar zeventiende is ze met de stoomboot is vertrokken uit het dorp om te gaan studeren, maar ze is nooit op die school geraakt, want ze had al haar geld opgedaan aan creative writing-cursussen. Maar dat beeld: dag mama, dag papa, ik pak hier de stoomboot en ik vertrek naar mijn creatief leven. Dat is toch prachtig. Dat is een andere tijd natuurlijk, dat was in volle jaren dertig.‘
‘Ondanks las ik Alabama Song over het koppel Fitzgerald; dat is ook zo’n verhaal. Zij was mooi en interessant en alle mannen zot van haar en dan kiest ze die wroetende schrijver die zei dat hij het ging maken. Uiteindelijk maakt hij het en trouwen ze, maar dan blijkt zij ook talent te hebben. Alleen laat hij dat niet toe. Erger nog, hij gebruikt haar ideeën. Zij belandt in de psychiatrie, blijkt schizofreen te zijn, en komt om bij een brand in dat ziekenhuis omdat ze vastgeketend ligt aan haar bed. Hoe dramatisch kan een leven zijn?’
‘Zelf vind ik het soms supertof om zo artistiek te zitten wezen, maar er zijn ook andere momenten … eigenlijk wil ik gewoon schrijven en om dat te kunnen doen, moet ik heel veel ballast meesleuren. Gewoon al om een loon bij elkaar te rapen. Je moet proberen alles in een keurslijf te gieten waardoor je de vrijheid kan kopen om te schrijven, en dat vind ik een worsteling. Veel meer dan het schrijven zelf.’
‘Net zoals in de jaren dertig is trouwen met een rijke bankier nog steeds de beste oplossing (lacht), maar daarvoor wil ik te graag onafhankelijk zijn. Ik zou het al moeilijk vinden om gesubsidieerd te worden. Zelfs als ik een werkbeurs aanvraag, vraag ik mij af: gaan ze dan zeggen wat goed en niet goed is? Wat ik wel en niet moet doen?’
—
DE AUTEUR: werd na haar debuutroman The Heart is a Lonely Hunter beschouwd als literair wonderkind en verhuisde op haar 23e van Georgia naar New York om daar haar kans als schrijver te wagen. Trouwde twee keer met dezelfde man, James Reeves, en was tussendoor passioneel verliefd op een andere met het leven worstelende schrijfster, Annemarie Schwarzenbach,
HET BOEK: wereldvreemde winkelierster ontfermt zich over haar mismaakte neef, die daar handig misbruik van maakt. Hij wordt op zijn beurt gemanipuleerd door haar ex-man, die uit is op wraak. Droefgeestige meditatie over hoe liefde mensen verheft, maar ook over de onmacht van mensen om aan hun isolement te ontsnappen.
VERSCHENEN IN: 1951
CARSON MC CULLERS, De ballade van het trieste café. Athenaeum-Polak & Van Gennep, 109 blz., enkel tweedehands
Thomas Mann, James Joyce en Marcel Proust hebben hun plaats in de literaire hemel al veroverd. Elke week vraagt DSL aan een overtuigde lezer wie een plek naast hen verdient. Ianka Fleerackers is auteur en actrice; ze schitterde als de immer gedienstige Gudrun in Het Goddelijke Monster en in de trilogie van Uil plus Leeuwerik doet ze de geheimen van de liefde uit de doeken. Ze is ook het gezicht van ZBoek, het boekenprogramma van KanaalZ.