merci #GrotePrijsJanWauters
Jan Wauters, die zichzelf ooit ‘een draadzitter’ noemde, ‘zoals de zwaluwen’. Omdat hij het meeste hield van ‘kijken en beschouwen’. Jan Wauters, voor wie men het woord kleurenradio uitvond en wiens commentaarstem voetbalfans zo na aan het hart lag dat ze hun transistors meenamen naar het stadion. Jan Wauters, legende. Nooit gedacht dat hij en ik meer gemeen hadden dan een pak rijuren op een motor.
Nooit gedacht ook dat ik ooit zijn prijs ging winnen, de Grote Prijs Jan Wauters -de naam alleen al klinkt als een klok, daar zit de heroïek van trappende sprinterskuiten en rennende voetbalbenen in. Van marathonlopers die blijven gaan en hoogspringers die zichzelf overstijgen. Geen gouden, zilveren of bronzen beest, maar een echte GP, op maat van de man van het wijdse gebaar-.
Die kreeg ik dus wel, plots-klaps, uit de handen van zijn vrouw, met de woorden: ‘Jan zou dat ook graag gelezen hebben.’ Dat doet iets, als Thérèse Wauters zoiets tegen je zegt. En ik kreeg er nog twee prachtige zinnen bovenop:
dat ik ‘in taal leef zoals in een zwerfwagen’ (#schrijvenisaltijdeenbeetjereizen) en dat ik weet dat ’taal een teken is, en soms een teken aan de wand.’ Iets mooiers had ze niet kunnen zeggen. Want als ik één ding weet over schrijven, dan is het dit: dat wie geen nuance heeft in zijn taal, ook geen grijstinten kent in zijn denken. Hoe beperkter het woord, hoe enger de geest. Net zoals er taal is die verdeelt, en taal die verenigt. Harde taal, en open vragen. Zijn woorden niet bedoeld om mensen te doen denken, meer dan om sluitende antwoorden te geven, (omdat antwoorden nu eenmaal moeten sluiten, zelfs als ze knellen)?
Zo. Merci.
Dat wou ik even zeggen.
En dan nu weer schrijven alsof er niemand kijkt
en tegelijkertijd hopen dat iedereen meeleest.
(Tijdens het poseren had ik het er met Herr Seele -wat een man, wat een man, wat een beminnelijke man- over hoe het komt dat portretten vaak gelijkender zijn dan foto’s. Misschien omdat een foto altijd één moment uit een beweging vastlegt, een fractie van een emotie, een deel van de werkelijkheid. Terwijl een geschilderd portret de som is van tientallen momenten en uitdrukkingen. Een afbeelding van een interactie ook, tussen schilder en model. Een blik-wissel. Waardoor je misschien net iets meer de kern benadert. Een beetje zoals Andreas Gursky met zijn opgetelde foto’s. Maar dat terzijde.)